In het nest
Voor wie de stap durft te zetten om met Marters te gaan fokken, start in het voorjaar een unieke periode. Bij geen enkel ander konijnenras is het zo'n verrassing wat je in de nesten kunt vinden. De kleuren die je in het nest zal vinden zijn niet altijd de kleuren die je van te voren verwacht. Daarmee blijft het een uitdaging om in de gewenst kleurslagen te fokken.
Om te zorgen dat dekkingen zo kansrijk mogelijk zijn kun je de voedsters tijdig fokvoer geven. Ook kun je, bij een vroege dekking, twee weken voor de dekking ram en voedster eens van hok laten wisselen. Bij de dekking zet je altijd de voedster in het hok van de ram. Laat Marters bij het dekken niet te lang bij elkaar, daarvoor is de pels van een Marter te gevoelig. Door meerdere voedsters tegelijk te laten dekken heb je meerdere nestjes tegelijk. Dat kan handig zijn als het nodig mocht zijn om jongen over te leggen. Voordat je de jongen overlegt in het nieuwe nest moet je de jongen goed insmeren met de wol van de nieuwe moeder.
Marters zijn vruchtbare konijnen wanneer men gaat fokken kan het nest wel eens vijftien jongen bevatten. Een aantal van ongeveer zes jongen in het nest is wenselijk omdat de jongen dan een voorspoedige start maken. Om dit te bereiken zal je in de meeste gevallen al vroeg selecteren of jongen overleggen.
Als je in het nest met jongen kijkt is dat zeker voor de startende fokker een verassing. Door de intermediaire vererving kom je verschillende kleuren jongen tegen. Zo heb je bij een kruising met twee midden dieren 50 % kans op midden dieren, 25% kans op russen(of albino’s) en 25% kans op donkere dieren. Alle dieren zijn in principe bruikbaar voor de fok maar niet om mee te showen. Doordat de dieren niet altijd evenveel pigment bevatten en omdat de temperatuur ook nog van invloed kan zijn op de kleur is niet altijd vroeg te voorspellen in welke kleurslag het jong zal uitgroeien. Op de foto's hieronder kun je het verschil in hoeveelheid pigment goed zien. Beide russen op de middelste foto groeien uit tot dezelfde witte dieren maar als ze jong zijn is er tussen jongen uit de verschillende nesten duidelijk kleurverschil.
Marters zijn geen snelle groeiers. Het duurt lang voor ze goed op gewicht zijn en de pels volledig klaar. Op de laatse foto in de rij hierboven zie je hoe de kleur veranderd tijdens het uitgroeien van bijvoorbeeld een Midddegeel Marter. Een pels die niet klaar is maakt het dier zeker minder showwaardig waardoor je tijdig in het jaar start met fokken. Behalve op bouw en patroon selecteer je de fokdieren ook op karakter. De marter is een levendig en vriendelijk konijnenras en daardoor plezierig om te houden.
Als je russen gebruikt om mee te fokken heb je het risico op witte haren en nagels. Een enkele witte haar in de pels kun je nog wel met een pincet verwijderen. Doe dit vlak voor de tentoonstelling omdat er weer witte haren voor terug kunnen komen. Dieren met olifantstanden zijn niet geschikt voor de fok omdat dit erfelijk is. Het is goed om jonge dieren regelmatig te leren stellen, dit zorgt ervoor dat ze gewend zijn om in de hand te worden genomen.
Konijnen hebben een gevoelig darmstelsel. Wees hierop alert bij jonge konijnen. Meer informatie over voer (n.a.v. een onderzoek bij Marters) is te vinden op voeding.phixspicts.nl. Elke fokker zal meestal zijn eigen ideeën hebben over over wat het beste is voor het fokken van showwaardige dieren.
Klik op de foto voor een volledig beeld.